Post by cornervlag on Oct 27, 2022 16:07:44 GMT 1
Nu Barcelona voor de tweede maal op rij uitgeschakeld is in de groepsfase van de Champions' League en ook Atlético en Sevilla de boot hebben gemist, zit er met Real Madrid slechts één Spaanse ploeg in de knockoutfase. Dit is uniek: de vorige 10 edities waren er zelfs telkens 3 of 4 Spaanse ploegen bij de laatste 16. Die blik op de voorbije 10 Champions Leagues levert nog meer interessante weetjes op:
Eerst Real en dan de rest
Het eerste "inzicht" weet iedereen al lang: Real Madrid is met grote voorsprong de meest succesvolle club in de CL. Het won 5 van de vorige 10 edities, speelde nog 3 halve finales en sneuvelde 2 keer in de achtste. Behalve Real waren er nog 2 ploegen altijd bij - we geven even pauze om deze quizvraag op te lossen - Bayern en PSG. Nee niet Man City, want in 2013 reikte hun succes nog net niet zover. En Barcelona evenmin, want die ontbraken vorig jaar ook al op de laatste dans van het kampioenenbal. Juve miste eveneens één editie, in 2014. Nog vaste klanten zijn Atlético (8), Chelsea en Dortmund (7) en Porto (6). Liverpool en Arsenal vermelden we in één adem met 5 kwalificaties: halfweg het voorbije decennium wisselden zij de wacht. Arsenal was erbij van 2013 tot 2017, Liverpool van 2018 tot 2022. Als het erbij was, deed Liverpool wel mee voor de prijzen: één keer eindwinst, twee verloren finales telkens tegen Real, een kwartfinale en een achtste. Arsenal was opvallend consistent: de vijf keren dat het zich plaatste voor de knock-outs volgde meteen de knock-out.
Na Real is Bayern de meest succesvolle club, terwijl het in de internationale pikorde clubs als Man City of Barcelona qua budget of naam moet laten voorgaan. Bayern won twee keer, deed nog 4 keer mee tot in de halve finale en 3 keer haalde het de kwartfinales. Derde is Barcelona, met winst, 2 halve en 5 kwartfinales.
Dan komt een kwartet van ploegen die elk ongeveer even prominent waren in het voorbije decennium: Man City, Atlético, PSG en Juventus. Elk speelden ze 1 of 2 finales, bovenop halve finales of eerdere uitschakelingen. Over Liverpool, dat het voorbije lustrum excelleerde, hadden we het al. Chelsea is een speciaal geval: niet altijd van de partij, vaak meteen uitgeschakeld, maar wel één keer gewonnen, in 2021. De top 10 wordt afgesloten door Dortmund, dat altijd opereert in de schaduw van Bayern, met de verloren finale in 2013 als hoogte- of dieptepunt.
Vijf grote landen
De dominantie van Real zorgt er mee voor dat Spanje de boventoon voert in de prestaties per land. Engeland is runner-up, gestuwd door meerdere teams, en de derde stek voor Duitsland is uiteraard debet aan Bayern. Italië, met Juventus als primus inter pares, doet het in mijn rekenwijze beter dan Frankrijk, dat garen spint bij de prestaties van PSG. Opvallend: de "grote 4" hadden elk precies 7 vertegenwoordigers in de voorbije 10 jaar, terwijl voor Frankrijk slechts 4 ploegen optraden. We geven ze in volgorde van prestatie:
Spanje: Real, Barça, Atletico, Villarreal, Sevilla, Valencia en ... Málaga (die was ik al vergeten).
Engeland: Man City, Liverpool, Chelsea, Man Utd, Tottenham, Arsenal en ... Leicester (die niet).
Duitsland: Bayern, Dortmund, RB Leipzig, Schalke 04, Leverkusen, Wolfsburg en M'gladbach.
Italië: Juventus, Roma, Atalanta (!), Napoli, Milan, Inter en Lazio.
Frankrijk: PSG, Lyon, Monaco en Lille
In de subtop vinden we Portugal (Porto, Benfica, Sporting), Nederland (Ajax, PSV) en Oekraïne (Shakhtar, Kiev). Van al die teams raakte Ajax het verst: de halve finale in 2019.
Tot slot de kleine voetballanden, waaronder België dankzij AA Gent, met straks ook Club in de lijst. De hoogdagen van Turkije liggen achter ons, met Galatasaray en Besiktas. Basel, RB Salzburg, Olympiacos en Celtic vervolledigen het lijstje van 47 clubs over 15 landen.
De perverse pomp
Die variatie verdoezelt dat de knock-outfase van de Champions' League een zaak blijft van een select clubje. De top 10 inzake aantal deelnames (Real, Bayern, PSG, Man City, Barcelona, Atlético, Juve, Chelsea, Dortmund en Porto) ontbrak slechts 14 keer op het appèl van 100 potentiële deelnames. In feite is het zelfs zo dat de variatie in de CL een duwtje krijgt van de competitiviteit in de PL: dat Liverpool, Arsenal, Tottenham en Man Utd in het zog van Man City en Chelsea strijden om de plaatsjes, kleurt het totaalbeeld een beetje rozer.
Grote landen sturen hun topteams naar de CL en die keren met de CL-bonus terug om verder de thuiscompetitie te domineren. Dat Engelse ploegen aan die wetmatigheid ontsnappen, komt doordat alleen de Premier League commercieel aantrekkelijk genoeg is om sjeiks en andere geldzwemmers te verleiden tot een investering, toen in Man City, nu in Newcastle. Van de andere landen kunnen alleen Portugal en Nederland zich sporadisch mengen in de debatten, omdat in Porto, Lissabon en Amsterdam een historische voetbalcultuur heerst.
Er zijn maar twee manieren om die ongelijkheid te doorbreken: ofwel komt er een eengemaakte Europese competitie, met een onderverdeling gebaseerd op regio's in plaats van landen. Ofwel verenigen de kleinere competities zich om op te schalen tot op het niveau van de grote, zeg maar de BeNeLiga. De grote landen hebben echter geen enkele baat bij het eerste model en de kleine landen zijn te verknocht aan hun traditie om spontaan over te gaan tot het tweede.
Het Spaanse incident
Wat moeten we nu denken van de huidige editie? Is de Spaanse afgang een teken van verval of slechts een incident? We weten van Barcelona dat het jarenlang boven zijn stand heeft geleefd en dat het nu de gevolgen draagt van een budgettaire krimp. Door boekhoudkundige kunstgrepen kon het Lewandowski alsnog aantrekken maar Laporta speelt héél hoog spel met de verkoop van assets in ruil voor spelerslonen. Barcelona kan niet zoals Real een blijvend beroep doen op gratis geld van de staat en (diens) banken. Atlético had eerder de pech dat het op een verrassend Club Brugge stootte en dat de penalty van Carrasco er niet in ging. En de vierde club heeft het altijd wat lastiger, of die nu Sevilla heet, zoals nu, of anders.
Bij Sporza zegt Michael Van Vaerenbergh dat het Spaanse voetbal in een neerwaartse spiraal zit. Dat lijkt me toch wat overtrokken. Vorig jaar won Real de beker, stond Villarreal in de halve finale en Atlético in de kwartfinale. Bij gelijk welk ander land zouden we spreken over een hoogconjunctuur. Het toont wél dat Spanje afhankelijk is van haar twee grote clubs, in tegenstelling tot Engeland. Als er eentje niet thuis geeft, zoals Barça, dan kan het al eens een slechte editie hebben.
Eerst Real en dan de rest
Het eerste "inzicht" weet iedereen al lang: Real Madrid is met grote voorsprong de meest succesvolle club in de CL. Het won 5 van de vorige 10 edities, speelde nog 3 halve finales en sneuvelde 2 keer in de achtste. Behalve Real waren er nog 2 ploegen altijd bij - we geven even pauze om deze quizvraag op te lossen - Bayern en PSG. Nee niet Man City, want in 2013 reikte hun succes nog net niet zover. En Barcelona evenmin, want die ontbraken vorig jaar ook al op de laatste dans van het kampioenenbal. Juve miste eveneens één editie, in 2014. Nog vaste klanten zijn Atlético (8), Chelsea en Dortmund (7) en Porto (6). Liverpool en Arsenal vermelden we in één adem met 5 kwalificaties: halfweg het voorbije decennium wisselden zij de wacht. Arsenal was erbij van 2013 tot 2017, Liverpool van 2018 tot 2022. Als het erbij was, deed Liverpool wel mee voor de prijzen: één keer eindwinst, twee verloren finales telkens tegen Real, een kwartfinale en een achtste. Arsenal was opvallend consistent: de vijf keren dat het zich plaatste voor de knock-outs volgde meteen de knock-out.
Na Real is Bayern de meest succesvolle club, terwijl het in de internationale pikorde clubs als Man City of Barcelona qua budget of naam moet laten voorgaan. Bayern won twee keer, deed nog 4 keer mee tot in de halve finale en 3 keer haalde het de kwartfinales. Derde is Barcelona, met winst, 2 halve en 5 kwartfinales.
Dan komt een kwartet van ploegen die elk ongeveer even prominent waren in het voorbije decennium: Man City, Atlético, PSG en Juventus. Elk speelden ze 1 of 2 finales, bovenop halve finales of eerdere uitschakelingen. Over Liverpool, dat het voorbije lustrum excelleerde, hadden we het al. Chelsea is een speciaal geval: niet altijd van de partij, vaak meteen uitgeschakeld, maar wel één keer gewonnen, in 2021. De top 10 wordt afgesloten door Dortmund, dat altijd opereert in de schaduw van Bayern, met de verloren finale in 2013 als hoogte- of dieptepunt.
Vijf grote landen
De dominantie van Real zorgt er mee voor dat Spanje de boventoon voert in de prestaties per land. Engeland is runner-up, gestuwd door meerdere teams, en de derde stek voor Duitsland is uiteraard debet aan Bayern. Italië, met Juventus als primus inter pares, doet het in mijn rekenwijze beter dan Frankrijk, dat garen spint bij de prestaties van PSG. Opvallend: de "grote 4" hadden elk precies 7 vertegenwoordigers in de voorbije 10 jaar, terwijl voor Frankrijk slechts 4 ploegen optraden. We geven ze in volgorde van prestatie:
Spanje: Real, Barça, Atletico, Villarreal, Sevilla, Valencia en ... Málaga (die was ik al vergeten).
Engeland: Man City, Liverpool, Chelsea, Man Utd, Tottenham, Arsenal en ... Leicester (die niet).
Duitsland: Bayern, Dortmund, RB Leipzig, Schalke 04, Leverkusen, Wolfsburg en M'gladbach.
Italië: Juventus, Roma, Atalanta (!), Napoli, Milan, Inter en Lazio.
Frankrijk: PSG, Lyon, Monaco en Lille
In de subtop vinden we Portugal (Porto, Benfica, Sporting), Nederland (Ajax, PSV) en Oekraïne (Shakhtar, Kiev). Van al die teams raakte Ajax het verst: de halve finale in 2019.
Tot slot de kleine voetballanden, waaronder België dankzij AA Gent, met straks ook Club in de lijst. De hoogdagen van Turkije liggen achter ons, met Galatasaray en Besiktas. Basel, RB Salzburg, Olympiacos en Celtic vervolledigen het lijstje van 47 clubs over 15 landen.
De perverse pomp
Die variatie verdoezelt dat de knock-outfase van de Champions' League een zaak blijft van een select clubje. De top 10 inzake aantal deelnames (Real, Bayern, PSG, Man City, Barcelona, Atlético, Juve, Chelsea, Dortmund en Porto) ontbrak slechts 14 keer op het appèl van 100 potentiële deelnames. In feite is het zelfs zo dat de variatie in de CL een duwtje krijgt van de competitiviteit in de PL: dat Liverpool, Arsenal, Tottenham en Man Utd in het zog van Man City en Chelsea strijden om de plaatsjes, kleurt het totaalbeeld een beetje rozer.
Grote landen sturen hun topteams naar de CL en die keren met de CL-bonus terug om verder de thuiscompetitie te domineren. Dat Engelse ploegen aan die wetmatigheid ontsnappen, komt doordat alleen de Premier League commercieel aantrekkelijk genoeg is om sjeiks en andere geldzwemmers te verleiden tot een investering, toen in Man City, nu in Newcastle. Van de andere landen kunnen alleen Portugal en Nederland zich sporadisch mengen in de debatten, omdat in Porto, Lissabon en Amsterdam een historische voetbalcultuur heerst.
Er zijn maar twee manieren om die ongelijkheid te doorbreken: ofwel komt er een eengemaakte Europese competitie, met een onderverdeling gebaseerd op regio's in plaats van landen. Ofwel verenigen de kleinere competities zich om op te schalen tot op het niveau van de grote, zeg maar de BeNeLiga. De grote landen hebben echter geen enkele baat bij het eerste model en de kleine landen zijn te verknocht aan hun traditie om spontaan over te gaan tot het tweede.
Het Spaanse incident
Wat moeten we nu denken van de huidige editie? Is de Spaanse afgang een teken van verval of slechts een incident? We weten van Barcelona dat het jarenlang boven zijn stand heeft geleefd en dat het nu de gevolgen draagt van een budgettaire krimp. Door boekhoudkundige kunstgrepen kon het Lewandowski alsnog aantrekken maar Laporta speelt héél hoog spel met de verkoop van assets in ruil voor spelerslonen. Barcelona kan niet zoals Real een blijvend beroep doen op gratis geld van de staat en (diens) banken. Atlético had eerder de pech dat het op een verrassend Club Brugge stootte en dat de penalty van Carrasco er niet in ging. En de vierde club heeft het altijd wat lastiger, of die nu Sevilla heet, zoals nu, of anders.
Bij Sporza zegt Michael Van Vaerenbergh dat het Spaanse voetbal in een neerwaartse spiraal zit. Dat lijkt me toch wat overtrokken. Vorig jaar won Real de beker, stond Villarreal in de halve finale en Atlético in de kwartfinale. Bij gelijk welk ander land zouden we spreken over een hoogconjunctuur. Het toont wél dat Spanje afhankelijk is van haar twee grote clubs, in tegenstelling tot Engeland. Als er eentje niet thuis geeft, zoals Barça, dan kan het al eens een slechte editie hebben.
Geschreven door cornervlag
Oct 27, 2022 16:07:44 GMT 1
Oct 27, 2022 16:07:44 GMT 1
Lees meer over:
Deel dit artikel:
Post by cornervlag on Oct 27, 2022 16:21:05 GMT 1